Geelbanders waren standaard gesloten goederenwagens speciaal bestemd voor het stukgoedvervoer van Van Gend en Loos.
Ze waren duidelijk herkenbaar aan de gele banden, aangebracht op alle vier de hoeken van de wagen, net onder de luiken.
Tot 1980 werden de geelbanders zeer breed ingezet. Ze stonden vaak bij de VGL (Van Gend en Loos) goederenloodsen om gelost en geladen te worden en reden vooral
in buurtgoederentreinen mee.
De eerste geelbanders (GW en Gls)
De NS had in de jaren veertig van de vorige eeuw een nieuw type standaardwagen ingevoerd, de CHRP. In grote lijnen kwamen deze wagens overeen met de
groentewagens uit 1929/1930.; de nieuwe wagens kregen echter gedeelde stalen roldeuren waardoor ze al snel vierdeurswagens werden genoemd.
De wagens die speciaal werden bestemd voor stukgoedvervoer voor Van Gend en Loos werden GW (groepswagen) genoemd. De eerste GW’s hadden over de hele bak een
gele band maar dat veranderde al snel in kleine gele strepen op de vier wagenbakhoeken. Verder kregen de wagens gele rechthoekige (= versterkte vloer)
merktekens of trapeziumvormige (= nog niet versterkte vloer) merktekens op de hoeken.
Bij het invoeren van computernummers in 1969 (UIC) werd GW veranderd in Gls:
G: gesloten goederenwagen
l: minder dan acht ventilatie-openingen
s: geschikt voor 100 km/h
De geelbanders type Gs-t
In 1977 werden de groepswagens type Gls vervangen door 829 standaardwagens type Gs (bouwjaar 1956/57).
Deze wagens werden op de volgende punten aangepast:
– Verlengen tot 10,67 m in verband met de Van Gend en Loos goederenloodsen. Dit geschiedde door opvulplaten achter de buffers te plaatsen.
– Kopwanden voorzien van staalplaat zodat er een grotere inhoud ontstond.
– Vergroten van de vrije opening van de schuifdeuren.
– Verhogen van de maximale snelheid tot 110 km/h bij maximale belading tot 19 ton.
– Vastzetten van de acht luiken.
– Vloer plaatselijk versterken.
– Aanbrengen gele banden.
– De aanduiding Gs wordt gewijzigd in Gs-t (stukgoedwagen met code 1430) met wagenserie 122 0 000 e.v.
Uiteindelijk besloot Van Gend en Loos het stukgoedvervoer vrijwel uitsluitend over de weg te laten plaatsvinden. De goederenwagens type Gs-t waren overbodig geworden. Een aantal (zoals die welke in bezit van de SDL) werd vernummerd tot dienstwagen; de overige werden gesloopt.
(Bron: Spoorwegmaterieel in Nederland (Gerrit Nieuwenhuis en Hans Nahon), 150 jaar op de Rails (NVBS): Het commerciele goederenmaterieel bij NS)